- Ignaas Devisch
Woke om woke, klacht om klacht

Een meldpunt voor ‘wokisme’ zag het daglicht, vernoemd naar Hypatia, de neoplatoonse filosofe en wiskundige uit het oude Alexandrië die door christenen brutaal werd vermoord. Hypatia verzamelt een groep academici die bezorgd zijn over het woke-activisme en de cancelcultuur. De naam van het meldpunt zet de toon, want wie een vermoorde filosofe tot uithangbord van een manifest maakt, suggereert dat we moeten vrezen voor sektarisch geweld door mensen wier doorgeslagen activisme zou leiden tot ‘een ernstige bedreiging van de academische vrijheid en de vrije meningsuiting’. Hoewel ze vooral verwijzen naar de Verenigde Staten, geven de auteurs aan dat ook het Avondland die kant opgaat. Over de oceaan gebeurt volgens hen ongeveer wat Philippe Roth in The human stain twee decennia geleden voorspelde: een overgevoeligheid voor bepaald taalgebruik en de excessieve reactie erop. Zo zijn er incidenten geweest of zelfs ontslag van academici omdat anderen aanstoot namen aan wat ze hadden verteld over pakweg transgenders.
Ontslag om wat je zegt, is huiveringwekkend. Tenzij het racisme of grensoverschrijdend gedrag betreft, is vrije meningsuiting een democratisch goed. Meningen van anderen kunnen ons onderuithalen, maar dat kan nooit de aanleiding zijn tot een spreekverbod, laat staan tot ontslag. Waakzaamheid is geboden. Maar het manifest van Hypatia stelt dat woke en cancelcultuur bedreigingen zijn die van binnen de academische wereld zelf komen en omschrijft ze als ‘de meest acute bedreigingen’.
Die stelling lijkt op buikgevoel gebaseerd, aangezien het incident van vorig jaar aan de Universiteit Antwerpen het enige noemenswaardige feit is. Tenzij we het niet-bewijs van iets tot uitgangspunt van ons handelen nemen, is nog niet aangetoond dat het woke activisme de academische vrijheid acuut bedreigt. Hoewel het niet-bewijs evenmin het bewijs is van het tegendeel, hebben de enkele gevallen zoveel stennis veroorzaakt, dat het vreemd zou zijn mochten andere gevallen onder de radar blijven. Wat moet er worden gemeld?
Als we allemaal staan te roepen over wat verkeerd loopt aan de uiterste overkant, dan worden we hees en doof tegelijk
Dient een melding niet vooral om iets te rapporteren dat zonder een meldpunt geen ruchtbaarheid kent en zijn er geen grotere urgenties? Denk aan de gevallen van grensoverschrijdend gedrag aan de universiteiten. Het was wachten tot Pano aan de boom schudde vooraleer de zwijgcultuur een beetje werd doorbroken. Ondanks alle aankondigingen blijft het wachten op een extern meldpunt. Is het geen grotere bedreiging voor de academische vrijheid als jonge mensen zich niet vrijuit kunnen uitspreken omdat ze vrezen voor de impact op hun carrière? Wetenschap leeft van de choc des idées en wie het machtsmisbruik van zijn meerdere niet kan aankaarten, voelt zich evenmin geroepen diens publicaties van kritisch commentaar te voorzien.
Natuurlijk kun je niet alles tegelijk aankaarten, maar het probleem met meldpunten is dat ze meestal genereren wat ze aanklagen: eenzijdigheid. Als we allemaal staan te roepen over wat verkeerd loopt aan de uiterste overkant, dan worden we hees en doof tegelijk. Waarom niet vertrekken van de vraag of de academische vrijheid daadwerkelijk onder druk staat en waarmee dat te maken kan hebben? Vervolgens kunnen we nagaan vanuit welke hoeken die mogelijke bedreigingen komen. Is er inderdaad een doorgeslagen aanklaagcultuur? Zijn er andere zaken die het vrije spreken in de weg staan? En wat die polarisering betreft: wordt het niet tijd om de gemakzuchtige consensus daarover te doorbreken en ons af te vragen wat er echt van aan is?
De niet-bevraagde vooronderstelling in de aanklacht tegen wokisme is dat studenten ‘schokkende of controversiële’ meningen niet meer zouden tolereren. Vorige week kregen ze het epitheton ‘watjes’ toegeschoven en het verwijt dat ‘in de academische wereld de cancelcultuur, het weren van sprekers die studenten zouden “kwetsen”, een plaag is’. In De Morgen schrijft Mark Elchardus dat het wokedom de wetenschap onderuithaalt. Boude beweringen zonder bewijsvoering of dat in Europa het geval is of dreigt te gebeuren. Wat maatschappelijk fout loopt, in de schoenen schuiven van de jongere generaties, is een klassieker. Mocht de stelling kloppen dat ‘de jeugd tegenwoordig geen normen en waarden meer heeft’, dan waren mensen enkele eeuwen geleden moreel perfecte wezens waarna alles van generatie op generatie is blijven achteruitgaan. Hoog tijd om die imaginaire vervalgeschiedenis in te ruilen voor feiten.
Trouwens, als jongeren wantoestanden aanklagen, geven ze net blijk van weerbaarheid. Sommige reacties zijn misschien hyperbolisch, maar hun engagement toont aan dat ze een duidelijk idee hebben over hoe een rechtvaardige wereld eruit moet zien. Wat kun je meer verwachten? Laten we vooral waakzaam blijven dat de choc des idées kan blijven bestaan. Nu lijkt het eerder om een choc des sentiments te gaan.