- Ignaas Devisch
Het coronavirus is geen Bijbelse straf

‘Raak Mij niet aan, want Ik ben nog niet opgevaren tot Mijn Vader.’ De woorden van Christus die na zijn verrijzenis voor Maria Magdalena verschijnt, zijn in tijden van covid-19 actueler dan ooit: raak me niet aan, blijf van mij, want ik ben bang dat Het Virus me treft. Al enkele weken ontrolt zich live voor onze ogen het scenario van een Amerikaanse B-film. In Hollywood staat uiteindelijk een held op die de mensheid vrijwaart van de definitieve ondergang. Maar hoe loopt het af in het theater van het echte leven?
Een virus lijkt in alle opzichten op een terrorist: het gevaar loert overal en dus is de angst voor het onbeheersbare navenant. Doorgaans bezweren we die door de vijand te lokaliseren en te verbeelden. Niet toevallig gebruiken veel reportages daarom de microscopische afbeelding van covid-19. Die ziet eruit als een slecht afgewerkte truffel met nog wat frambooskleurige toeters errond – geen bakker die ze in de toonbank wil. Maar de selfie van covid-19 schept de illusie dat we daarmee iets beheersen. We weten hoe Het Virus eruitziet. Helaas is een virus inderdaad zoals een terrorist: het slaat toe wanneer je het niet verwacht. Virussen zijn hét voorbeeld van grensoverschrijdend gedrag. Ze kunnen ons altijd en overal aantasten.
In zijn meesterwerk Zwerm. Geschiedenis van de wereld verheft Peter Verhelst dit thema tot een metafysische kwestie. Hij legt ons een universum voor – Virutopia – dat door de gevaren van terreur en besmetting in een angstpsychose is beland. Zo lezen we: ‘Alles en iedereen is aangetast/Niemand is nog wie hij dacht te zijn/Niets is nog zoals we het dachten te kennen.’ Bijgevolg gaan mensen tekeer om uiteindelijk tot de ontdekking te komen dat een zuiver en onaantastbaar lichaam een illusie is. Menselijk leven is ondenkbaar zonder de mogelijkheid besmet te raken. Onaantastbaar willen zijn, vooronderstelt onaanraakbaarheid en daar bouw je geen samenleving mee.
Natuurlijk willen we geen ziektes oplopen. Daarom nemen we gepaste maatregelen. Maar de beeldvorming die zich nestelde in de verslaggeving rond covid-19 verraadt een dimensie die het louter medische verhaal overstijgt. Het lijkt een kwestie van tijd voordat er predikanten opstaan die de verspreiding van corona duiden als een Bijbelse straf. Mogelijk redeneren enkele ecofundamentalisten gelijkaardig: we hadden die wereldwijde handel maar aan banden moeten leggen.
Covid-19 heeft inderdaad alles wat deze wereld in 2020 te bieden heeft: mensen en dingen die wereldwijd circuleren en de ambivalente rol van het wereldwijde web, dat zowel informeert als hysteriseert, met alle verwarring die daarbij hoort. Het virus maakt duidelijk dat we in staat zijn bliksemsnel om te schakelen van de gedachte dat we alles onder controle hebben naar de panische angst dat de wereld naar de haaien gaat. Alsof we ons plots bevinden in het universum van Haruki Murakami’s Opwindvogelkronieken, waarin de personages lijdzaam een aantasting of ziekte moeten ondergaan die ergens vandaan komt, maar nooit echt te situeren valt. De Deense regisseur Lars von Trier maakte er in de begindagen van zijn carrière al een film over: Epidemic. In die diepdonkere prent worden mensen plots en onverklaarbaar ziek en gaan ze door het lint.
Voordat wij ons gek laten maken misschien toch dit. Tot nader is onze ondergang niet nakend en is dit virus geen signaal van iets dat volstrekt ontspoord is. Covid-19 is evenmin een weerwraak van de natuur op de mens of een teken van welke aard ook. Uiteraard moeten we deze ziekte indijken, maar in de klacht dat we er (nog) niet in slagen alles te controleren en dat we daarom de inspanningen moeten opdrijven, sluipt een denkfout. Iets controleren klinkt verantwoord, maar moeten we niet veeleer schrik hebben voor de dag dat we alles onder controle hebben?
De personages van Zwerm zoeken in al hun angst naar een wereld waarin alles op zijn plaats valt: hier het veilige, daar het gevaar. Al snel blijkt dat je de wereld niet kunt reduceren tot één overzichtelijk geheel en dat net de zoektocht ernaar meer problemen genereert dan ze oplost. In elke willekeurige verzameling dingen valt wel een patroon of een kosmische betekenis te projecteren. Zo leidt in Zwerm de zoektocht naar ultieme beheersing vooral tot chaos en kakofonie.
Of het met de strijd tegen covid-19 ook die kant opgaat, is niet te voorspellen, maar we flirten alleszins met een aantal grenzen. Als we die overschrijden, zal niet alleen Het Virus, maar vooral onze drang om alles een betekenis te geven, ons in de ban houden. Het gevaar van virussen als covid-19 zit niet alleen in de aanwezigheid ervan, maar vooral in onze reactie erop. Met name in het utopische streven naar een leven zonder de mogelijkheid tot besmetting.